top of page

David Cohen

Dieren, 1932

David werd geboren als oudste zoon van Casper Cohen en Mina Katz. Hij had al een zuster, Vrouwtje, en later kwam er nog een broer bij, Jacques. Voor de oorlog werkte zijn vader in Dieren bij het familiebedrijf van zijn zwagers Nathan en Benjamin Katz, Kunsthandel Katz.
De broers Katz legden zich toe op zeventiende- en achttiende-eeuwse meesters, zoals Rembrandt, Frans Hals en Rubens. Het bedrijf had onder meer lialen in Bazel (Zwitserland) en in New York.

In 1941 ontkwam Nathan Katz naar Zwitserland. In de periode van de massale deportaties in de zomer van 1942 slaagde hij en zijn broer Benjamin erin door onder- handelingen met de nazi’s een schilderij van Rembrandt te ruilen voor vijfentwintig uitreisvisa voor familieleden. Later werd duidelijk dat het ging om Rembrandts Portret van een man, lid van het geslacht Raman uit 1634 (nu getiteld Portret van Dirk Jansz. Pesser) dat nazi-leider Hermann Göring aan Hitler cadeau wilde geven.

Begin november 1942 reisden vijfentwintig familieleden, onder wie het gezin Cohen, in een geblindeerde trein richting Spanje. David Cohen was tien jaar oud en de angst bij de volwassen – dat de nazi’s zich niet aan de afspraak zouden houden – maakte grote indruk op hem. Uit Spanje vertrok het gezelschap op 14 november 1942 met het schip Marqués de Comillas naar Jamaica, naar een joods interneringskamp. Eind 1943 sloot het kamp en ging een deel van de familieleden daarvandaan naar Curaçao, ook de Cohens. Hier deed David zijn bar mitswa. In november 1945 keerde het gezin terug naar Nederland. In 1948 overleed zijn vader en negen jaar later zijn moeder, na een lang ziekbed.

Lang worstelde David Cohen met een dubbel schuld- gevoel: hij overleefde niet alleen de Sjoa, maar ook de verschrikkingen van onderduiken of een concentratiekamp waren hem bespaard gebleven. In plaats daarvan had hij op de Caraïben een zorgeloos leven geleid. David Cohen was getrouwd en heeft kinderen. Zijn verhaal is door auteur Robert Lemm opgetekend in het boek Eén Rembrandt voor vijfentwintig levens, verschenen in 2014.

David was born as the oldest son of Casper Cohen and Mina Katz. He already had a sister, Vrouwtje; his brother Jacques followed later. Before the war his father worked in Dieren for the family business of his brothers-in-law Nathan and Benjamin Katz, Kunsthandel Katz, an art dealer. The Katz brothers specialised in seventeenth and eighteenth century Dutch masters, such as Rembrandt, Frans Hals and Rubens. The company also had branches in places like Basel (Switzerland) and New York City.

In 1941 Nathan Katz ed to Switzerland. In the summer
of 1942, when the mass deportations of Jews living in
the Netherlands to the concentration and death camps began, he and his brother Benjamin negotiated with the Nazis. They succeeded in exchanging a Rembrandt painting for twenty- ve exit visas for their relatives. Later it became clear it was Rembrandt’s Portrait of Dirk Jansz. Pesser from 1634, which Nazi leader Hermann Göring wanted to bestow on Hitler as a gift.

In early November 1942 twenty- ve members of the family, including the Cohens, travelled to Spain in a

blacked-out train. David was ten years old and the fear among the adults – that the Nazis would renege on the agreement – left a lasting impression on him. On 14 November 1942 the group left Spain on the Marqués de Comillas, a ship bound for the island of Jamaica and a Jewish internment camp. At the end of 1943 the camp closed and part of the extended family went to the island of Curaçao, also the Cohens. There David made his Bar Mitzvah. The family returned to the Netherlands in November 1945. His father died in 1948 and nine years later his mother, after a long illness.

For the longest time, David Cohen struggled with his twofold guilt: he not only survived the Shoah, but was also spared going into hiding or the horrors of the concentration camps; he led a carefree life in the Caribbean. David Cohen was married and has children. His fascinating story is told by author Robert Lemm in the book One Rembrandt for Twenty-Five Jews, released in English translation in 2016.

bottom of page